Lightrec   9 juli 2019

Volwassen LightRec staat voor grote uitdagingen

Afgelopen maand nam Martin de Jager na twaalf jaar afscheid als voorzitter van het bestuur van LightRec

Afgelopen maand nam Martin de Jager na twaalf jaar afscheid als voorzitter van het bestuur van LightRec. Alle reden om met hem terug te kijken op de periode waarin LightRec volwassen werd en een landelijk dekkend inzamelsysteem wist op te tuigen. Wat voor organisatie laat hij achter? En waar liggen de uitdagingen voor de toekomst?

Wat voor organisatie was LightRec toen jij in 2007 de eerste voorzitter werd van het bestuur?

“Destijds was LightRec nog helemaal ingebed in de vereniging NVMP, zij aan zij met de Stichting Bruingoed, de Stichting Witgoed, de Stichting ICT Milieu, de Stichting Metalektro Recycling en SVEG. We hadden juridisch gezien wel een eigen bestuur en eigen beslissingsbevoegdheid, maar in praktijk bepaalde de NVMP de koers. Die heeft uiteindelijk de uitvoeringsorganisatie opgezet die we nu kennen als Wecycle. Tijdens dat hele proces zijn wij ons als LightRec gaandeweg meer gaan profileren, hebben we meer zaken naar ons toegetrokken en zijn we ook meer zelf gaan initiëren, in plaats van alleen volgen. Dat is dus echt veranderd in die twaalf jaar: hoewel de uitvoering van de inzameling nog steeds bij Wecycle ligt, is er nu veel meer interactie over wat wij als LightRec willen en hoe wij het willen. Het is veel dynamischer geworden.”

Martin de Jager - Bakkie Award

Martin de Jager (rechts), die op 30 juni 2019 afscheid nam als bestuursvoorzitter van Stichting LightRec, ontvangt uit handen van directeur Gied van Hoorn (links) de Wecycle Gouden Bakkie Award. Deze award is een erkenning en een aanmoediging en wordt uitgereikt aan bedrijven, instanties en personen die zich op bijzondere wijze hebben ingezet om in hun branche meer lampen en armaturen in te zamelen. Wecycle reikt de erkenning uit in opdracht van LightRec.


Wat zijn wat jou betreft belangrijke mijlpalen in die twaalf jaar?

“Voor mij is dat het feit dat we voor elkaar gekregen hebben dat de detailhandel – non-food én food – onderdeel werden van het inzamelsysteem. Dat was echt een doorbraak, want met name bij de food-retailers was er veel weerstand en een heel sterke tegenlobby. Maar uiteindelijk hebben we het tij kunnen keren. En hoewel de inzameling van lampen en armaturen uit huishoudens relatief weinig extra gewicht oplevert als je het afzet tegen de professionele inzameling, is het wel heel belangrijk voor de zichtbaarheid en de promotie van het systeem.

Een tweede mijlpaal was de toekenning van de eerste Algemeen Verbindend Verklaring. Daarmee gaf het ministerie namelijk expliciet te kennen dat wij een dermate goed inzamelsysteem hadden opgezet dat concurrentie in het maatschappelijk belang niet wenselijk was. Dat voelde wel als een stuk erkenning. Overigens is LightRec nooit tegen concurrentie geweest, zolang het maar concurrentie is op kwaliteit en niet op prijs. Goedkoper is niet zo moeilijk, als je het slechter doet. Maar dat vinden wij geen optie. Laat ons dan maar het enige kwalitatief hoogwaardige systeem zijn.”

Misschien een lastige vraag, maar zijn er ook dingen niet gelukt die je wel graag voor elkaar had gekregen?

“Laat ik zo zeggen: ik heb onderschat hoe moeilijk het is om consumenten ertoe te bewegen kapotte lampen en armaturen netjes af te danken en niet in de vuilnisbak te gooien. Dat is een ontzettend taai proces gebleken en daar ben ik in de loop der jaren door schade en schande achter gekomen. Ik dacht aanvankelijk: mensen gooien hun lege flessen en potten ook op kleur in de glasbak, dus over een paar jaar is dat met verlichting ook het nieuwe normaal. Dat blijkt niet zo te zijn. Ongeveer een derde van de mensen is intrinsiek gemotiveerd, ongeveer een derde staat er neutraal in en je houdt altijd een derde die zegt: bekijk het maar. Je kunt communiceren tot je een ons weegt, maar die krijg je niet mee. En daar heb ik persoonlijk moeite mee, want gezien de ecologische druk op en uitputting van de aarde zouden we met z’n allen juist veel meer spullen moeten inzamelen en recyclen – niet alleen lampen en armaturen.”

Heb je voor je gevoel altijd voldoende steun gehad van alle producenten?

“Absoluut. Kijk, elke producent weet dat inzameling een wettelijke verplichting is. Maar er is ook nog zoiets als marktreputatie en geen producent wil te boek staan als een partij die haar verantwoordelijkheid niet neemt. Dus er is steeds een heel sterke ondersteuning geweest van de producenten om LightRec naar een hoger plan te brengen. Het was anders ook niet gelukt, want anders dan bij witgoed en ICT hebben lampen feitelijk geen economische restwaarde aan het eind van hun levensduur. Wij hebben als enige productstichting een inzamelsysteem opgezet voor nul-waarde-goederen. Om ze te kunnen recyclen moet er geld bij.”

En hoe zit het met de steun van de overheid?

“Het wettelijk kader – als je lampen verkoopt, ben je verplicht ze ook in te zamelen – heeft zeker geholpen bij het over de streep trekken van de retailers destijds. Maar de handhaving van datzelfde wettelijke kader is eigenlijk steeds heel zwak geweest. Het heeft simpelweg te weinig prioriteit. Ik denk persoonlijk dat de overheid ook wel iets meer zou mogen doen om consumenten te verplichten hun afval netjes af te danken. Men laat soms wel erg veel over aan de markt.”

Waar gaat LightRec naartoe en wat zijn de uitdagingen voor de toekomst?

“De grootste uitdaging is en blijft: méér lampen inzamelen. Maar die uitdaging is wel complexer aan het worden, want er worden steeds minder spaarlampen verkocht en steeds meer ledlampen. Dus de inkomsten dalen, terwijl je voor de spaarlampen die nog wel verkocht worden het systeem overeind moet houden. Vanwege de lange levensduur halen we nog bijna geen ledlampen op, nu 1 tot 2 procent van de totale mix. Dat aandeel zal wel gaan stijgen, maar het duurt nog tien tot vijftien jaar voordat je kunt gaan nadenken over een systeem dat alleen nog maar ledlampen verwerkt en het hele kwikverhaal voorbij is.

Dus al die tijd moeten we blijven doen wat we doen, want ik denk niet dat er snel een ander systeem zal opstaan dat zegt: laat ons die ondankbare taak maar uitvoeren, op basis van een financiering die impopulair is bij zowel de retailers als de consument. Gelukkig hebben we als LightRec een heel degelijke financiering opgebouwd, inclusief reserves. Dus we kunnen ook de komende jaren aan onze wettelijke verplichtingen voldoen.”

Heb je in dat kader nog een advies voor je opvolger, Maurice Spee?

“Ik heb hier natuurlijk al uitgebreid met Maurice over gesproken, die niet alleen mijn opvolger is maar ook een collega bij Signify (voorheen Philips Lighting, red.). Ik denk dat Maurice heel zorgvuldig gaat kijken naar alle opties die er zijn. Misschien moeten we onszelf op zeker moment opheffen omdat onze taak erop zit en andere partijen ook prima ledlampen en ledinairs kunnen inzamelen. Dat is namelijk gewoon elektronica. Ik bedoel maar: LightRec is geen doel in zichzelf.

Maar misschien kunnen we ook wel juist onze specialisatie – het efficiënt inzamelen van nul-waarde-goederen – straks breder gaan inzetten in een circulaire economie. Waarbij we onszelf omvormen tot een soort expertisecentrum met toegevoegde waarde voor een breed scala een stakeholders. En zo zijn er nog wel meer opties. Ik ben ervan overtuigd dat zolang er een ervaren en hoogwaardig bestuur aan het roer zit, LightRec de juiste strategische koers zal varen. En dat is nu absoluut het geval.”

Tot slot: wat zijn je persoonlijke plannen voor de toekomst?

“Het prettige van gepensioneerd zijn is dat je wat vaker op vakantie kunt, dus dat ga ik zeker doen. Maar tegelijkertijd ben ik me ook aan het oriënteren op mogelijkheden om mijn kennis en ervaring nog nuttig in te zetten, bijvoorbeeld als parttime consultant of als adviseur voor PUM, het Programma Uitzending Managers dat actief is in ontwikkelingslanden. Bezig blijven houd je actief.”

Home Nieuws & opinie Volwassen LightRec staat voor grote uitdagingen